Het is 1932, Engeland, wanneer Sir William McCordle zijn familie en vrienden uitnodigt voor een jachtpartij. Iedereen blijkt echter op hem te jagen.
William McCordle (Michael Gambon) en zijn vrouw Lady Silvia (Kristin Scott Thomas) nodigen hun vrienden en familie uit om het weekend door te brengen op hun landhuis, Gosford Park. Onder de genodigden zijn er de gravin van Trentham, Constance (Maggie Smith), de Amerikaanse filmmaker Morris Weissman (Bob Balaban) en de filmster Ivor Novello (Jeremy Northam). Terwijl deze gasten zich boven verzamelen, kijk je mee met de bedienden van de gasten, die beneden alles in gereedheid brengen. Aan de hand van de pas begonnen bediende van de gravin van Trentham, Mary Maceachran (Kelly Macdonald) leer je de gang van zaken in het grote huis kennen. Het landhuis Gosford Park is verdeeld in een wereld boven en een wereld beneden. Boven bevindt zich de Engelse high society en beneden verblijven de bedienden, de koks en de hulp in de huishouding. Beide verdiepingen hebben een bepaalde hiërarchie. Die van boven is gebaseerd op geld, macht en status. Snel blijkt echter dat niet alles is wat het lijkt. De tante (de gravin) en de kinderen van Sir William ontvangen een toelage van hem. Sir William wil deze toelage stopzetten onder hevig protest van zijn familie. De bedienden beneden krijgen de naam van hun werkgevers. De hiërarchie wordt aangepast aan de status die bij deze namen hoort. Deze verdeling is ook praktisch van aard, namelijk om de vele nieuwe gezichten uit elkaar te houden.