Op 28 april 1947 verlaat Thor Heyerdahl zijn vrouw en kinderen en vaart hij met vijf onervaren bemanningsleden op de Kon-Tiki, een vlot van balsahout, van Peru naar Polynesië
De Noorse antropoloog en avonturier wil met zijn zeereis van achtduizend kilometer bewijzen dat Polynesië werd bevolkt door kolonisten uit Zuid-Amerika en niet uit Azië, zoals de heersende wetenschappelijke theorie beweert. De bemanning heeft, op een simpele radio na, geen moderne apparatuur aan boord en alleen een papegaai als gezelschap. In de schijnwerpers van de wereldpers navigeren ze met behulp van de sterren over de uitgestrekte Stille Oceaan waarbij ze de stroming als roer gebruiken. Strijdend tegen woeste stormen, haaien en de gevaren van de open zee is het zes mannen tegen de natuur in een poging de Kon-Tiki aan land te brengen. Nadat hij alles op het spel heeft gezet voor deze expeditie, zelfs zijn huwelijk, is Heyerdahl vastbesloten om te slagen.